mp:LeeswijzerVoorschriftmetnierfunctiewaarde: verschil tussen versies
(16 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{DISPLAYTITLE:Leeswijzer ten behoeve van het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift}} | {{DISPLAYTITLE:Leeswijzer ten behoeve van het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift}} | ||
− | + | ||
+ | =Scope en leeswijzer tbv Kickstart= | ||
Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag. | Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag. | ||
− | Dit staat beschreven in | + | Dit staat beschreven in [[mp:V2.0.0_Ontwerp_medicatieproces_9#Processtap:_Nierfunctiewaarde_meesturen_met_het_voorschrift|paragraaf 2.2.8]] van het functioneel ontwerp van Medicatieproces 9. In het functioneel ontwerp Lab2zorg staat in [[Lab:Vcurrent_Ontwerp_Lab2zorg#Zorgverlener_stuurt_laboratoriumresultaten_naar_andere_zorgverlener|paragraaf 2.3]] de usecase zorgverlener stuurt laboratoriumresultaten (zoals nierfunctie) naar andere zorgverleners beschreven. Alleen de eerste variant "de laboratoriumresultaten worden, met bijvoorbeeld een medicatievoorschrift, meegestuurd" valt binnen de scope van de Kickstart. |
− | De voorschrijver stuurt de LSP [https://decor.nictiz.nl/pub/vzvz/mp-vzvz-html-20220829T155958/tmp-2.16.840.1.113883.2.4.3.111.3.12.10.13-2021-07-22T115337.html transactie Verzenden Medicatievoorschrift] (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat zowel de Medicatieproces 9 transactie [https://decor.nictiz.nl/medicatieproces/mp-html-20220402T205710/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.3.133-2022-02-07T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.4.321_20220207000000 Sturen Medicatievoorschrift] als de Lab2zorg transactie [https://decor.nictiz.nl/pub/labuitwisseling/lu-html-20220825T182510/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.3.4-2022-03-03T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.4.27_20220303000000 Sturen Laboratoriumresultaten] (zie figuur 1). | + | De voorschrijver stuurt de LSP [https://decor.nictiz.nl/pub/vzvz/mp-vzvz-html-20220829T155958/tmp-2.16.840.1.113883.2.4.3.111.3.12.10.13-2021-07-22T115337.html transactie Verzenden Medicatievoorschrift] (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat zowel de Medicatieproces 9 transactie [https://decor.nictiz.nl/medicatieproces/mp-html-20220402T205710/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.3.133-2022-02-07T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.20.77.4.321_20220207000000 Sturen Medicatievoorschrift] als de Lab2zorg transactie [https://decor.nictiz.nl/pub/labuitwisseling/lu-html-20220825T182510/sc-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.3.4-2022-03-03T000000.html#_2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.25.4.27_20220303000000 Sturen Laboratoriumresultaten] (zie figuur 1). In deze laatste transactie wordt gebruik gemaakt van de Organizer Labbepalingen zie [https://decor.nictiz.nl/pub/labuitwisseling/lu-html-20220825T182510/tmp-2.16.840.1.113883.2.4.3.11.60.66.10.77-2022-03-30T000000.html template]. |
[[Bestand:Labwaardemetvoorschrift.png|700px|]]<br> | [[Bestand:Labwaardemetvoorschrift.png|700px|]]<br> | ||
Figuur 1 Meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift | Figuur 1 Meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift | ||
− | + | =Tijdelijke afwijkende regels voor implementatie= | |
− | + | Voor het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift gelden een aantal tijdelijke regels om te zorgen dat Lab2zorg in de huidige praktijk werkbaar geïmplementeerd kan worden. | |
+ | |||
+ | ==Gebruik van LOINC- en NHG-codes== | ||
+ | In het gebruik van de informatiestandaard Uitwisseling Laboratoriumgegevens volgen we de [https://nictiz.nl/publicaties/richtlijn-uitwisseling-laboratoriumgegevens Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021]. In de richtlijn is besloten dat de labcodeset gebruikt wordt voor alle terminologie. In de labcodeset is gedefinieerd dat de Testcode en de Onderzoekscode middels LOINC gecodeerd worden. De LOINC-code is, zolang resultaten met EDIFACT of HL7v2 gedeeld worden, niet altijd bekend bij de aanvrager. In deze gevallen mag ook de NHG-code gedeeld worden. Dit betekent voor de ontvangende partij, dat deze om moet kunnen gaan met zowel ontvangst van de NHG-code, als ontvangst van de LOINC-code. De LOINC-code heeft sterk de voorkeur en moet dus '''altijd''' opgeslagen worden in het systeem. Mocht het resultaat doorgestuurd worden en de LOINC-code is bekend, moet deze gedeeld worden. Voor de verzendende partij geldt, dat de code welke aanwezig is, verzonden kan worden. In geval dat zowel de NHG- als de LOINC-code bekend is, moet minimaal de LOINC-code, maar mogen beide doorgestuurd worden, mits duidelijk is dat het om dezelfde test of hetzelfde onderzoek gaat. | ||
+ | |||
+ | ==Identificatie van resultaten== | ||
+ | In de informatiestandaard is gedefinieerd dat alle laboratoriumresultaten zowel op onderzoeks- als laboratoriumtestniveau unieke identificatienummers moeten bevatten, zoals vastgesteld in de [https://nictiz.nl/publicaties/richtlijn-uitwisseling-laboratoriumgegevens Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021]. Deze identificatienummers (OID's) dienen door de bron van de resultaten toegekend te worden. Op dit moment is het niet voor alle laboratoria mogelijk om zo'n identificatienummer toe te kennen, danwel middels EDIFACT/HL7v2 met de aanvrager te delen. Indien een aanvrager resultaten ontvangt zonder de unieke identificatienummers op onderzoek- en testniveau, dient een aanvrager bij het opslaan in zijn/haar systeem deze identificatienummers zelf toe te kennen alvorens de resultaten te delen met andere zorginformatiesystemen in de keten. | ||
+ | Hierbij geldt dat alleen de aanvrager op deze manier als bron van de gegevens mag fungeren. Mocht een resultaat naar meerdere zorgverleners gestuurd worden, is het alleen de aanvrager van het onderzoek die een identificatie mag toekennen. | ||
+ | |||
+ | ==Panels== | ||
+ | In de Lab2zorg-berichten is plaats voor onderzoeken welke bestaan uit meerdere laboratoriumtests die bij elkaar horen en die samen nodig zijn voor een juiste interpretatie: panels. Hiervoor is in het bericht een gelaagdheid geplaatst die zorgt dat panels, of onderzoeken, bestaande uit meerdere laboratoriumtests gebundeld gedeeld kunnen worden. Deze panels zijn gedefinieerd in de [https://nictiz.nl/wat-we-doen/activiteiten/terminologie/nederlandse-labcodeset/ Nederlandse Labcodeset]. Panels zijn altijd gedefinieerd op een manier dat de som van de laboratoriumtests één antwoord op een vraag vormen. Dit betekent dat de tests altijd aan elkaar gerelateerd zijn en met elkaar een bepaalde context vormen. De nierfunctiewaarde is functioneel gezien een panel dat uit twee laboratoriumresultaten bestaat: eGFR en creatinine. | ||
− | + | De standaard schrijft voor dat wanneer laboratoriumtests op deze manier gebundeld ontvangen worden in het systeem, deze ook als zodanig verwerkt moeten worden. Als deze resultaten beschikbaar gesteld/doorgestuurd worden, moet dit ook als bundel. Op dit moment komen nog niet in alle informatiesystemen deze twee resultaten als panel gekoppeld binnen. Daarom wordt in de Kickstart een uitzondering gemaakt voor verzendende systeem en geldt geen verplichting op het versturen van deze resultaten als panel. De resultaten mogen als panel of als losse resultaten worden verzonden. Uiteraard moet hierbij wel zorg gedragen worden dat de losse tests, de gekoppelde resultaten zijn. | |
− | |||
− | + | Informatiesystemen die de nierfunctie waarde wél als panel ontvangen en opslaan, wordt aangeraden dit ook al ten tijde van de kickstart als panel door te sturen tezamen met het voorschrift. In vervolgtrajecten van de implementatie van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens wordt dit namelijk wel verplicht. | |
− | + | Voor ontvangende informatiesystemen is mogelijk dat zowel berichten met losse laboratoriumtests verzonden worden áls berichten waarin deze gecombineerd zijn in een panel. Voor ontvangende systemen geldt dus dat beide ontvangen en verwerkt moeten kunnen worden. | |
− | |||
− | Voor | ||
− | == | + | =Context= |
− | + | De use case maakt onderdeel uit van het [[Lab:Vcurrent_Ontwerp_Lab2zorg|functioneel ontwerp van Lab2zorg]], als één van de toepassingen van de [[Lab:V3.0.0_Ontwerp_Laboverdacht|informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens]]. | |
− | |||
− | = | + | =Status publicaties= |
− | + | Zowel de publicaties van Medicatieproces 9, Lab2zorg als LSP zijn gepubliceerd ten behoeve van de Kickstart. Bij de publicatie van het LSP en Lab2zorg wordt daartoe melding gemaakt van status 'Ontwerp'. |
Huidige versie van 29 sep 2022 om 08:42
Scope en leeswijzer tbv Kickstart
Als de voorschrijver over de nierfunctiewaarde beschikt en deze is relevant voor de medicatie dan moet de voorschrijver in de Kickstart de nierfunctiewaarde met het voorschrift meesturen naar de apotheker. Het meesturen van de nierfunctiewaarde gebeurt als gestructureerde data via de zorginformatiebouwsteen laboratoriumuitslag.
Dit staat beschreven in paragraaf 2.2.8 van het functioneel ontwerp van Medicatieproces 9. In het functioneel ontwerp Lab2zorg staat in paragraaf 2.3 de usecase zorgverlener stuurt laboratoriumresultaten (zoals nierfunctie) naar andere zorgverleners beschreven. Alleen de eerste variant "de laboratoriumresultaten worden, met bijvoorbeeld een medicatievoorschrift, meegestuurd" valt binnen de scope van de Kickstart.
De voorschrijver stuurt de LSP transactie Verzenden Medicatievoorschrift (PVMV_IN932000NL03) naar de apotheker. Deze transactie omvat zowel de Medicatieproces 9 transactie Sturen Medicatievoorschrift als de Lab2zorg transactie Sturen Laboratoriumresultaten (zie figuur 1). In deze laatste transactie wordt gebruik gemaakt van de Organizer Labbepalingen zie template.
Figuur 1 Meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift
Tijdelijke afwijkende regels voor implementatie
Voor het meesturen van de nierfunctiewaarde met het voorschrift gelden een aantal tijdelijke regels om te zorgen dat Lab2zorg in de huidige praktijk werkbaar geïmplementeerd kan worden.
Gebruik van LOINC- en NHG-codes
In het gebruik van de informatiestandaard Uitwisseling Laboratoriumgegevens volgen we de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021. In de richtlijn is besloten dat de labcodeset gebruikt wordt voor alle terminologie. In de labcodeset is gedefinieerd dat de Testcode en de Onderzoekscode middels LOINC gecodeerd worden. De LOINC-code is, zolang resultaten met EDIFACT of HL7v2 gedeeld worden, niet altijd bekend bij de aanvrager. In deze gevallen mag ook de NHG-code gedeeld worden. Dit betekent voor de ontvangende partij, dat deze om moet kunnen gaan met zowel ontvangst van de NHG-code, als ontvangst van de LOINC-code. De LOINC-code heeft sterk de voorkeur en moet dus altijd opgeslagen worden in het systeem. Mocht het resultaat doorgestuurd worden en de LOINC-code is bekend, moet deze gedeeld worden. Voor de verzendende partij geldt, dat de code welke aanwezig is, verzonden kan worden. In geval dat zowel de NHG- als de LOINC-code bekend is, moet minimaal de LOINC-code, maar mogen beide doorgestuurd worden, mits duidelijk is dat het om dezelfde test of hetzelfde onderzoek gaat.
Identificatie van resultaten
In de informatiestandaard is gedefinieerd dat alle laboratoriumresultaten zowel op onderzoeks- als laboratoriumtestniveau unieke identificatienummers moeten bevatten, zoals vastgesteld in de Richtlijn Uitwisseling laboratoriumgegevens 2021. Deze identificatienummers (OID's) dienen door de bron van de resultaten toegekend te worden. Op dit moment is het niet voor alle laboratoria mogelijk om zo'n identificatienummer toe te kennen, danwel middels EDIFACT/HL7v2 met de aanvrager te delen. Indien een aanvrager resultaten ontvangt zonder de unieke identificatienummers op onderzoek- en testniveau, dient een aanvrager bij het opslaan in zijn/haar systeem deze identificatienummers zelf toe te kennen alvorens de resultaten te delen met andere zorginformatiesystemen in de keten. Hierbij geldt dat alleen de aanvrager op deze manier als bron van de gegevens mag fungeren. Mocht een resultaat naar meerdere zorgverleners gestuurd worden, is het alleen de aanvrager van het onderzoek die een identificatie mag toekennen.
Panels
In de Lab2zorg-berichten is plaats voor onderzoeken welke bestaan uit meerdere laboratoriumtests die bij elkaar horen en die samen nodig zijn voor een juiste interpretatie: panels. Hiervoor is in het bericht een gelaagdheid geplaatst die zorgt dat panels, of onderzoeken, bestaande uit meerdere laboratoriumtests gebundeld gedeeld kunnen worden. Deze panels zijn gedefinieerd in de Nederlandse Labcodeset. Panels zijn altijd gedefinieerd op een manier dat de som van de laboratoriumtests één antwoord op een vraag vormen. Dit betekent dat de tests altijd aan elkaar gerelateerd zijn en met elkaar een bepaalde context vormen. De nierfunctiewaarde is functioneel gezien een panel dat uit twee laboratoriumresultaten bestaat: eGFR en creatinine.
De standaard schrijft voor dat wanneer laboratoriumtests op deze manier gebundeld ontvangen worden in het systeem, deze ook als zodanig verwerkt moeten worden. Als deze resultaten beschikbaar gesteld/doorgestuurd worden, moet dit ook als bundel. Op dit moment komen nog niet in alle informatiesystemen deze twee resultaten als panel gekoppeld binnen. Daarom wordt in de Kickstart een uitzondering gemaakt voor verzendende systeem en geldt geen verplichting op het versturen van deze resultaten als panel. De resultaten mogen als panel of als losse resultaten worden verzonden. Uiteraard moet hierbij wel zorg gedragen worden dat de losse tests, de gekoppelde resultaten zijn.
Informatiesystemen die de nierfunctie waarde wél als panel ontvangen en opslaan, wordt aangeraden dit ook al ten tijde van de kickstart als panel door te sturen tezamen met het voorschrift. In vervolgtrajecten van de implementatie van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens wordt dit namelijk wel verplicht.
Voor ontvangende informatiesystemen is mogelijk dat zowel berichten met losse laboratoriumtests verzonden worden áls berichten waarin deze gecombineerd zijn in een panel. Voor ontvangende systemen geldt dus dat beide ontvangen en verwerkt moeten kunnen worden.
Context
De use case maakt onderdeel uit van het functioneel ontwerp van Lab2zorg, als één van de toepassingen van de informatiestandaard uitwisseling Laboratoriumgegevens.
Status publicaties
Zowel de publicaties van Medicatieproces 9, Lab2zorg als LSP zijn gepubliceerd ten behoeve van de Kickstart. Bij de publicatie van het LSP en Lab2zorg wordt daartoe melding gemaakt van status 'Ontwerp'.