7phcy:V6.12 Specificaties voor datatype GTS voor doseerschema

Uit informatiestandaarden
Naar navigatie springen Naar zoeken springen


Dit materiaal is onderdeel van HL7v3-domein Pharmacy V6.12_HL7v3-domeinspecificatie_Pharmacy.
  • Compatible wijzigingen/nadere bewoordingen, tikfouten kunnen direct in de Wiki gewijzigd worden
  • Open issues die discussie vergen s.v.p. in de commentaarsectie opnemen.

Specificaties voor datatype GTS voor doseerschema

Inleiding

Achtergrond

Het datatype GTS (General Timing Specification) in HL7v3 biedt een zeer generiek mechanisme voor het doorgeven van tijdschema’s. In het geval van medicatiegegevens wordt dit toegepast in het attribuut effectiveTime van MedicationAdministrationRequest (medicatietoedieningsverzoek), waarmee het doseerschema exact wordt aangeduid.

GTS is gebaseerd op het toepassen van zogenaamde verzamelingenlogica, waarbij een tijdschema wordt uitgedrukt als een verzameling met elkaar samenhangende, al dan niet in de tijd herhalende, tijdstippen of intervallen. Op deze manier kan (vrijwel) elk doseerschema op een eenduidige (maar niet eenvormige) manier worden uitgedrukt.


Probleemstelling

Tijdens de implementatie van de berichten voor medicatiegegevens is gebleken dat de ‘veelvormige’ structuur van het datatype GTS veel leveranciers voor problemen stelt. Het genereren van GTS syntax is goed te automatiseren, maar het verwerken (parsen) ervan kan erg complex zijn. De reden hiervoor is dat een verzender zelf kan bepalen welke uitdrukkingsvorm gebruikt wordt om een bepaald tijdschema aan te duiden, terwijl een ontvanger voorbereid moet zijn op alle mogelijke variaties die gehanteerd kunnen worden.

Dit is inherent aan het feit dat GTS een ‘algoritme’ is dat meerdere vormen (syntax) met dezelfde betekenis (semantiek) mogelijk maakt. Er kunnen daarom de volgende gevaren zijn als GTS vrijuit wordt toegepast bij de implementatie van medicatiedoseerschema’s:

  • Leveranciers maken fouten bij het verwerken van doseerschema’s in hun systeem.

    ⇒Merk op dat dit potentieel tot fouten bij voorschrijven of bewaking kan leiden!

  • Leveranciers kunnen sommige aangeleverde doseerschema’s simpelweg niet aan.

    ⇒ Hierdoor onstaat onvolledige informatievoorziening naar vragende zorgverleners!

  • Het is verleidelijk om vrije tekst te gebruiken in plaats van gestructureerde informatie.

    ⇒ Gevolg is dat er geen basis meer is voor geautomatiseerde medicatiebewaking!


Doelstelling

Het doel van inperking van de syntactische specificaties voor GTS voor doseerschema’s is om eenduidigheid en eenvormigheid met elkaar af te stemmen. Dat wil zeggen dat voor elke vorm van een doseerschema een specifiek formaat wordt vastgelegd, dat voor zowel verzenders als ontvangers duidelijkheid schept. Vanzelfsprekend stelt dit strengere eisen aan de verzender (hoewel deze daar eenduidige richtlijnen en voorbeelden voor terug krijgt). Voor de ontvanger wordt het verwerken van GTS schema’s juist eenvoudiger.

De richtlijnen voor GTS bij doseerschema’s worden onderdeel van de XIS beoordelingscriteria. Ze zijn mede bepalend of een bericht correct is, hetgeen ook wordt gecontroleerd in Schematron. Daarnaast wordt het door de striktere specificatie van GTS formaten eenvoudiger om te vertalen van 1e naar 2e lijn (en vice versa). Tenslotte wordt het mogelijk om geautomatiseerd tekstuele beschrijvingen te genereren bij doseerschema’s, zodanig dat in alle gevallen naast een gestructureerde ook een tekstuele vorm bestaat.


Uitgangspunten GTS voor medicatiedoseerschema's

Het datatype GTS wordt beschreven in de Datatype-CMET gids van HL7 Nederland (ook onderdeel van de AORTA documentatie). In deze syntactische specificaties wordt hierop een nadere inperking beschreven, bedoeld voor toepassing in medicatiedoseerschema’s.

Er zijn diverse uitgangspunten bij het inperken van GTS formaten bij doseerschema’s:

  • In principe wordt voor elk type doseerschema exact één syntax beschreven, zodat eenheid van vorm bereikt wordt (naast de bestaande semantische eenduidigheid).
  • Het is niet wenselijk om (in plaats van of zelfs naast) de in HL7 gecodeerde doseerinstructie een tabel 25 instructie mee te geven in HL7 berichten (tenzij als onderdeel van de vrije tekst). De redundantie die wordt veroorzaakt door twee verschillende manieren om doseerinstructies door te geven is onwenselijk.
  • Het datatype EIVL_TS (Event Related Interval of Time) wordt vooralsnog niet gebruikt in Nederland en is niet toegestaan totdat hier richtlijnen voor bestaan.
  • Overige features van GTS, zoals alignment en institutionSpecified mogen nog niet worden gebruikt als daar nog geen concrete use case voor bestaat. Dergelijke features kunnen desgewenst later nog worden toegevoegd aan de richtlijnen.


Verschijningsvormen GTS

Elke GTS in het veld effectiveTime van een MedicationAdministration (die looptijd en/of doseerschema weergeeft) komt overeen met één van de volgende standaardtypen:

  1. Enkel tijdstip (eenmalig gebruik).
  2. Enkel tijdsinterval (gespreid gebruik zonder doseerschema).
  3. Enkelvoudig herhaalpatroon (met onbepaald gebruiksinterval).
  4. Gecombineerd herhaalpatroon (met onbepaald gebruiksinterval).
  5. Combinaties van tijdsinterval en herhaalpatronen.

Elk van deze hoofdformaten worden hieronder beschreven en ingedeeld in subtypes.


GTS.Tijdstip

Dit formaat wordt gebruikt als sprake is van eenmalig gebruik van medicatie. Er hoeft dan geen expliciet datatype te worden doorgegeven, omdat het datatype TS (time stamp) de default is bij gebruik van GTS (het is in dat geval een verzameling van één time stamp).

Toepassing: Dit wordt gebruikt als zowel datum als tijd van een eenmalige toediening bekend is.

Formaat:
<effectiveTime value="yyyymmddhhmm" />

Toepassing: Dit wordt gebruikt als wel bekend is op welke dag (eenmalige) toediening moet plaatsvinden, maar niet bekend is (of niet relevant is) op welk tijdstip op die dag.

Formaat:
<effectiveTime value="yyyymmdd" />

Noot: Het is nog niet zo eenvoudig om aan te geven dat medicatie eenmalig (of een x aantal keer) gebruikt moet worden, zónder een specifieke datum of tijdstip aan te duiden. Feitelijk is er momenteel geen manier beschreven om dat eenduidig te doen, dus dat zou alleen kunnen worden weergegeven in de tekstuele beschrijving van de doseerinstructie.


GTS.Tijdsinterval (gespreid gebruik)

Een tijdsinterval heeft het expliciete datatype IVL_TS (als specialisatie van GTS). Het kan voorkomen als een op zichzelf staande GTS aanduiding en betreft dan gespreid gebruik zonder doseerschema (dat wil zeggen het schema is niet bekend of niet relevant of wordt bekend verondersteld). Meestal zal het echter voorkomen in combinatie met een doseerschema. Deze laatste categorie wordt behandeld in Combinaties van tijdsinterval en herhaalpatroon. In de huidige paragraaf worden algemene regels gegeven voor de toepassing van een gebruiksinterval.


In de volgende paragrafen volgen enkele toepassingen van een gebruiksinterval.


GTS.Open interval

Toepassing: Dit wordt gebruikt als alleen het begin van het gebruiksinterval bekend is, maar het einde daarvan (nog) niet. Dit is vrijwel altijd het geval bij klinisch voorgeschreven medicatie en ook vaak bij ambulante medicatie die ‘zo nodig’ gebruikt moet worden of waarvan het gebruik door de patiënt zelf wordt gereguleerd (zoals bij insulinegebruik door diabetici).

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">		
	<low value="yyyymmddhhmm" />
</effectiveTime>

Toelichting: Belangrijk is de aanvullende regel dat het beginpunt altijd inclusief tijdstip moet worden doorgegeven (zie GTS Interval met exacte tijdstippen voor toelichting). Dit betekent dat altijd 0000 wordt toegevoegd aan een begindatum, tenzij er een specifiek begintijdstip (bijvoorbeeld 1400) is.

Discussie: Bij sommige AIS leveranciers in de eerste lijn wordt bij ‘zo nodig’ medicatie uitgegaan van een vaste gebruiksperiode na de eerste verstrekkingsdatum bij het bepalen van de actuele medicatie. De enig juiste aanpak is om het gebruiksinterval open (of weg) te laten als geen harde einddatum te bepalen is. Een einddatum kan soms ook expliciet worden aangegeven door de voorschrijver, zelfs als de medicatie ‘zo nodig’ wordt gebruikt.

Noot: dit hangt samen met de wens om in het kader van het EMD af te dwingen dat een AIS het onderscheid kan maken tussen een default einddatum en een expliciet ingevoerde einddatum. Met name bij ‘zo nodig’ voorschriften zou geen default termijn (bijvoorbeeld 90 dagen) mogen worden doorgegeven in de berichten, aangezien dit schijninformatie is.


GTS.Gesloten interval

Een gesloten interval heeft een bepaalde (eindige) duur. Er bestaan meerdere varianten.


GTS.Interval met exacte tijdstippen

Toepassing: Dit wordt gebruikt als het gebruiksinterval volledig bekend is (of daarover een aanname wordt gedaan). Voorbeeld is een kuur die op een vaste datum (of per direct) begonnen moet worden en waarvan (op basis van een vaste dosering) het eindpunt bekend is.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">
	<low value="yyyymmddhhmm" />
	<high value="yyyymmddhhmm" />
</effectiveTime>

Toelichting: Belangrijk is dat hier de aanvullende regel is gesteld dat altijd inclusief tijdstippen moet worden doorgegeven. Voorheen werd meestal alleen een datum meegegeven, maar dit leidt tot de vreemde situatie dat de berichten strikt genomen niet weergeven wat er intuïtief mee bedoeld wordt. Dit wordt geïllustreerd door het onderstaande voorbeeld.

Wat is de betekenis van het interval?

<low value="20080101">
<high value="20080109">

Het officiële HL7 standpunt is dat dit betekent dat TOT 9 januari ’07 een interval loopt. Er is een attribuut inclusive, waarmee kan worden aangegeven of de grens al dan niet meedoet (de defaultwaarde hiervan is TRUE), maar dit heeft alleen betrekking op het ‘eerste moment’ van 9 januari ’07. De dag zelf doet dus NIET mee. Dit is tegenstrijdig met de intuïtieve beleving van een tijdsinterval, want (zeker als er expliciet inclusive = TRUE bij zou staan) zou de standaardinterpretatie zijn dat 9 januari ’07 WEL in z’n geheel bij het interval hoort. Dit komt omdat een datum feitelijk niet wordt gezien als een enkele waarde (zoals een integer), maar als een interval met een duur van één dag.

De officiële interpretatie van de grenzen van een tijdsinterval is consistent met de toepassing van intervallen van andere data types, zoals numerieke waarden (REAL). Het zal immers niemand verbazen dat 4.1 NIET als onderdeel van het interval tussen 2 en 4 wordt gerekend, zelfs als inclusive = TRUE wordt vermeld. Door het verschil tussen formele betekenis en interpretatie kunnen echter communicatieproblemen en zelfs gevaarlijke situaties onstaan. Het is dus belangrijk dat hier eenduidigheid wordt bereikt.

Noot: het verwerken van inclusive = FALSE is niet nodig in de Nederlandse situatie.

Dit wordt bereikt door bij een gesloten interval met begin- en einddatum expliciet een tijdstip aan de datum toe te voegen. Hierdoor ligt met name het eindpunt exact vast.

Het eerder genoemde interval moet dan worden doorgegeven als:

<low value="200801010000">
<high value="200801092359">

Hierdoor wordt verwarring over de interpretatie voorkomen. Theoretisch valt de laatste minuut van 9 januari nog steeds buiten het interval, maar dat is in de praktijk nooit een probleem. Essentieel is dat 2359 wordt gebruikt om de einddatum volledig te dekken.


GTS.Geankerd interval

Toepassing:

Een geankerd interval komt nooit op zichzelf staand voor in een GTS expressie, maar wordt gebruikt in een zogenaamd herhalend interval (zie Herhalend interval) om een periode van één of meer gehele dagen aan te duiden.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">		
	<low value="yyyymmdd" />		let op: hier mag geen tijdstip staan!
	<width value="{n>=1}" unit="d" />
</effectiveTime>

Toelichting: Een geankerd interval is mathematisch equivalent aan een interval met exacte tijdstippen.

<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">
	<low value="20080101"/>
	<width value="4" unit="d"/>
</effectiveTime>

is dus equivalent met:

<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">
	<low value="200801010000"/>
	<high value="200801042359"/>
</effectiveTime>


GTS.Zwevend interval

Toepassing:

Een zwevend interval wordt gebruikt als wel de looptijd (in dagen, weken, maanden of jaren) bekend is, maar (nog) geen exacte begindatum. Dit is de manier waarop veel ambulante voorschriften feitelijk worden bedoeld door de auteur, hoewel in de praktijk toch vaak een begin- en een einddatum (zie paragraaf 5.2.2.2.1) worden vermeld.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="IVL_TS">		
	<width value="{n>=1}" unit="[d|wk|mo|a]" />
</effectiveTime>

Noot: vrijwel alle ontvangende systemen kunnen een dergelijke gebruiksduur alleen opslaan door er een expliciete begin- en einddatum aan te hangen (waarbij meestal als begindatum de verstrekkingsdatum zal worden genomen). Dit wordt geaccepteerd, maar feitelijk wordt in die gevallen bij opslag van de periode ‘schijninformatie’ toegevoegd.


GTS.Periodieke herhaling

Een periodieke herhaling heeft het expliciete datatype PIVL_TS (specialisatie van GTS). Het kan voorkomen als een op zichzelf staande GTS-aanduiding en betreft dan een doseerschema zonder specifieke looptijd (de looptijd is onbekend, niet relevant of wordt bekend verondersteld). Meestal zal het echter voorkomen in combinatie met andere componenten. Deze cominaties worden behandeld in "Gecombineerde herhaalpatronen" en "Combinaties van tijdsinterval en herhaalpatroon". In de huidige paragraaf worden algemene regels gegeven bij toepassing van periodieke herhalingen.


GTS.Gebruiksfrequentie

Een gebruiksfrequentie in GTS heeft de vorm van een ‘periodiek herhalend moment’. Dit heeft betrekking op situaties waarbij een gebeurtenis (het gebruik van medicatie) volgens een vast patroon wordt herhaald, zonder dat hierbij expliciet tijdstippen worden benoemd.

Toepassing:

Bij veel ambulante voorschriften is het alleen relevant om de gebruiksfrequentie (uitgedrukt met de periode tussen opeenvolgende gebruiksmomenten) door te geven. Dit is bijvoorbeeld de enige manier waarop het doseerschema in tabel 25 wordt aangeduid (afgezien van bepaalde b codes), hetgeen vaak input is voor een vertaling naar GTS.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">		
	<period value="x" unit="y" />			
</effectiveTime>

Toelichting:

Bovenstaand PIVL formaat geeft alleen een periodieke herhaling aan, zonder precieze tijdstippen. In feite wordt een impliciet gebruiksmoment herhaald conform de <period>.

Noot: Er is bij deze doseervariant geen expliciete verwachting over de spreiding van de toedieningen, ook al lijkt de <period> te duiden op een exacte tijdsduur. Er wordt verondersteld dat de ontvanger c.q. toediener weet welke spreiding al dan niet toelaatbaar is.

Voorbeelden:

1x per dag

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">		
	<period value="1" unit="d" />			
</effectiveTime>

4x per dag

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">		
	<period value="0.25" unit="d" />			
</effectiveTime>

3x per week

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">		
	<period value="0.3333" unit="wk" />			
</effectiveTime>

1x per 3 dagen

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">		
	<period value="3" unit="d" />			
</effectiveTime>

Vertaling naar tabel 25:

Een GTS met een herhalend moment zonder vast tijdstip kan in de meeste gevallen exact worden vertaald naar tabel 25. Er wordt daarbij echter altijd omgezet naar een frequentie van een geheel aantal keer per enkele tijdseenheid (uur, dag, week of maand). Dat wil zeggen dat een afrondingsfout ontstaat als de <period > bijv. 2/3 dag is (want deze wordt omgezet naar 2x per dag. De bovengenoemde voorbeelden worden vertaald naar 1D1T, 4D1T, 3W25ML respectievelijk 1DD25ML (hier wordt dus vertaald naar de juiste t code).


GTS.Herhalend interval

Toepassing:

Een herhalend interval komt nooit op zichzelf staand voor in een GTS expressie, maar wordt gebruikt om een herhalend moment in te perken, zodanig dat een patroon ontstaat waarin bepaalde periodes wel en bepaalde periodes niet voorkomen.

Dit is bijvoorbeeld van toepassing bij een zogenaamd ‘pilschema’, waarbij om en om 21 dagen wel en 7 dagen geen gebruik plaatsvindt. De component waarmee de periode van 21 dagen wordt aangeduid noemen we dus het herhalend interval. Deze wordt gecombineerd met één of meer herhalende momenten om een zogenaamd intervalschema te vormen (zie "Intervalschema"). Het herhalend interval is dus zuiver een bouwsteen daarvoor.

Formaat:

Een herhalend geankerd interval:

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS" />		
	<phase>
		{geankerd interval}		altijd duur in geheel aantal dagen!
	</phase>
	<period value=”{n>=1}” unit=”d” />
</effectiveTime>

Een herhalend zwevend interval:

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS" />		
	<phase>
		{zwevend interval}		altijd duur in geheel aantal dagen!
	</phase>
	<period value=”{n>=1}” unit=”d” />
</effectiveTime>

Toelichting:

Een herhalend interval bestaat dus altijd uit een geankerd of een zwevend interval dat periodiek herhaald wordt. Er is de regel gesteld dat het interval altijd een geheel aantal dagen moet beslaan en dat de herhaalperiode een geheel aantal dagen moet omvatten. Dit omdat de intervalschema’s waarin een herhalend interval wordt gebruikt in principe altijd de vorm hebben “m dagen wel, n dagen niet” (totdat er andere use cases zijn).

Voorbeeld:

´om de dag´

<effectiveTime xsi:type="PIVL_TS">
		<phase>
				<width value=”1” unit=”d”/>
    	</phase>
    	<period value="2" unit="d"/>
</effectiveTime>

Zie voor meer voorbeelden het gebruik in intervalschema’s in "Intervalschema" en "Geneste combinatie van herhaalpatronen".


GTS.Gecombineerde herhaalpatronen

Niet-geneste combinatie van herhaalpatronen

GTS.Herhalende tijdstippen per dag

Toepassing:

Bij klinische voorschriften is het gebruikelijk om (na bevestiging door de apotheek) de toedieningen in te plannen op specifieke tijdstippen. Deze tijdstippen worden meestal bepaald door de deelrondes van de betreffende verpleegafdeling. In de meeste gevallen luisteren de tijden medisch gezien niet zo nauw, en hebben ze vooral een logistieke reden.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="PIVL_TS">		
		<phase>					
			<center value="yyyymmddhhmm" />
		</phase>
		<period value="1" unit="d" />
	</comp>
	[	<comp xsi:type="PIVL_TS" [ operator="I"> ]
			…
		</comp>								]
	...									
</effectiveTime>

Toelichting:

Een gecombineerd patroon met herhalende tijdstippen bestaat uit een serie van één of meer herhalende vaste tijdstippen per dag. Merk op dat het dus ook is toegestaan om slechts één herhalend tijdstip op te nemen, ook al ontstaat daardoor een ‘loze’ schil. De reden hiervoor is dat het aantal tijdstippen meestal variabel is (de gebruiksfrequentie), en het lastig is om aparte formaten te hanteren afhankelijk van het aantal herhalingen.

De volgende beperkingen worden gesteld aan herhalende tijdstippen:

  • Elk tijdstip moet tot op de minuut gespecificeerd zijn (dus niet alleen een datum).
  • Er moet sprake zijn van een dagschema: <period> moet gelijk zijn aan één dag.

Deze laatste eis is gesteld omdat klinische doseerschema’s bijna altijd als dagschema’s zijn opgezet. Natuurlijk is het mogelijk om dagen over te slaan in het schema, maar dit gebeurt door middel van doorsnede met een periodiek herhalend interval (zie "Herhalend interval").

Deze herhalingen worden gecombineerd door ze te verenigen met de set operator ‘I’. Die ‘vereniging’ wil simpelweg zeggen dat de herhalende tijdstippen parallel plaatsvinden.

Voorbeeld:

dagelijks om 09:00

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="PIVL_TS">
		<phase>
			<center value="200802010900"/>
		</phase>		
		<period value="1" unit="d" />
	</comp>
</effectiveTime>

dagelijks om 09:00 en 18:00

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="PIVL_TS">
		<phase>
      			<center value="200801310900"/>
		</phase>
		<period value="1" unit="d"/>
    	</comp>
    	<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="I">
		<phase>
      			<center value="200801311800"/>
		</phase>
		<period value="1" unit="d"/>
    	</comp>
</effectiveTime>

Vertaling naar tabel 25: Een GTS met herhalende tijdstippen per dag kan niet zonder informatieverlies worden vertaald naar tabel 25, omdat in tabel 25 geen vaste tijdstippen aangeduid kunnen worden. Theoretisch is omzetting naar dagdelen (ochtend, middag, avond) mogelijk, maar ook dan vindt informatieverlies plaats. Bovenstaand voorbeeld wordt normaal gesproken omgezet naar een doseerinstructie voor 2x per dag (bijv. 2D1T als het om 1 tablet ging).


GTS.Intervalschema

Toepassing:

De simpelste variant van een intervalschema treedt op als een bepaald gebruikspatroon niet op elke dag moet plaatsvinden, maar op bepaalde dagen wel en op andere dagen niet. In dat geval wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om het patroon (dat is in de simpelste variant een herhalend moment) te doorsnijden met een herhalend interval.

De betekenis hiervan is dat het gebruik van de medicatie alleen plaatsvindt op de dagen die binnen het herhalende interval vallen. De andere dagen vallen buiten de doorsnede.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		
	{ herhalend moment }
	{ herhalend interval } operator="A"    datum moment = datum anker interval!
</effectiveTime>

Voorbeelden:

1x per dag gedurende 21 dagen, dan 7 dagen niet (pilschema)

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="PIVL_TS">
     		<period value="1" unit="d"/>
    	</comp>
    	<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     		<phase>
						<width value=”21” unit=”d”/>
     		</phase>
     		<period value="28" unit="d"/>
    	</comp>
</effectiveTime>


Toelichting:

Uit bovenstaand voorbeeld blijkt al dat ook sprake kan zijn van een zwevend herhalend interval in een intervalschema, indien niet bepaald is op welke dag de toediening start.

dagelijks om 09:00, telkens 4 dagen wel en dan 2 dagen niet, vanaf 31/1/2008

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
		<comp xsi:type="PIVL_TS">
     		<phase>
      				<center value="200801310900"/>
     		</phase>
     		<period value="1" unit="d"/>
    	</comp>
    	<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     		<phase>
      				<low value="20080131"/>					Deze datum moet gelijk zijn aan
						<width value=”4” unit=”d”/>			die van het herhalende moment.
     		</phase>
     		<period value="6" unit="d"/>
    	</comp>
</effectiveTime>

Vertaling naar tabel 25:

Het is niet mogelijk om een intervalschema zonder informatieverlies om te zetten naar tabel 25, omdat de gebruikte versie van tabel 25 geen standaardmechanisme heeft voor het aangeven van (herhalende) periodes zonder medicatiegebruik. De huidige transformatie herkent alleen een herhalend interval van 1 dag per 2 dagen en zet dit om naar de tabel 25 instructie voor ‘om de dag’. Voor alle andere gevallen zal hoogstens een benadering mogelijk zijn, waarbij alleen de cumulatieve dosering over de duur van het herhalende interval wordt bepaald (bijv. “per 4 weken 21 tabletten” bij het pilschema). Dat is voldoende informatie voor de meeste vormen van medicatiebewaking.


GTS.Geneste combinatie van herhaalpatronen

Intervalschema met herhalende tijdstippen

Toepassing:

Een intervalschema kan ook voorkomen in combinatie met een patroon met herhalende tijdstippen. Het effect is hetzelfde, namelijk dat het betreffende herhaalpatroon alleen betrekking heeft op de dagen die binnen de doorsnede met het herhalende interval vallen.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		
	{ herhalende tijdstippen per dag }
	{ herhalend interval } operator="A" 		
</effectiveTime>

Voorbeeld:

2x per dag om 08:00 en 18:00 gedurende 3 dagen, dan 1 dag niet

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="SXPR_TS">
		<comp xsi:type="PIVL_TS">
			<phase>
				<center value="200801310800"/>
    			</phase>
     		<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="I">
     			<phase>
      				<center value="200801311800"/>
     			</phase>
     			<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
    	<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     		<phase>
      			<low value="20080131"/>		Deze datum moet gelijk zijn aan
			<width value="3" unit="d"/>	die v/d herhalende momenten.
     		</phase>
     		<period value="4" unit="d"/>
    	</comp>
</effectiveTime>


GTS.Meervoudig intervalschema

Toepassing:

Het is ook mogelijk dat intervalschema’s zelf weer gecombineerd worden, om complexere patronen van dagen met en zonder medicatiegebruik te vormen. Dit kan gebeuren met alle eerder beschreven varianten van een intervalschema, hetgeen zelfs drie niveaus van nesting van het SXPR_TS data type op kan leveren.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		
	{ intervalschema }
	{ intervalschema } [ operator="I" ]
	...						
</effectiveTime>

Voorbeeld:

3 dagen 1x daags om 14:00, dan een rustdag, dan 1 dag 2x daags om 08:00 en 18:00 dit alles elke 5 dagen herhalend

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="SXPR_TS">
		<comp xsi:type="PIVL_TS">
     			<phase>
      				<center value="200801311400"/>
     			</phase>
     			<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
    		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     			<phase>
      				<low value="20080131"/>		
				<width value=”3” unit=”d”/>	
     			</phase>
     			<period value="5" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
	<comp xsi:type="SXPR_TS" operator="I">
		<comp xsi:type="SXPR_TS">
			<comp xsi:type="PIVL_TS">
     				<phase>
      					<center value="200802040800"/>
     				</phase>
     				<period value="1" unit="d"/>
    			</comp>
			<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="I">
     				<phase>
      					<center value="200802041800"/>
     				</phase>
     				<period value="1" unit="d"/>
    			</comp>
		</comp>
    		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     			<phase>
      				<low value="20080204"/>
				<width value=”1” unit=”d”/>
     			</phase>
     			<period value="5" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
</effectiveTime>

Toelichting:

In bovenstaand voorbeeld wordt al duidelijk dat voor elk van de intervalschema’s geldt dat de <phase> geankerd wordt op de eerste dag van een periode waarop het gebruik betrekking heeft. Dus in bovenstaande situatie wordt de eerste periode (van telkens 3 dagen) geankerd op 31/1 en de derde periode (van telkens 1 dag) op 4/2. De rustdag wordt niet expliciet aangeduid, maar is een impliciet gevolg van het feit dat tussen de genoemde periodes een dag zonder gebruik zit. Merk op dat rustperiodes niet mogen worden aangeduid door expliciet een periode met een dosering van 0 op te nemen!


Intervalschema met herhalende tijdstippen

Toepassing:

Een intervalschema kan ook voorkomen in combinatie met een patroon met herhalende tijdstippen. Het effect is hetzelfde, namelijk dat het betreffende herhaalpatroon alleen betrekking heeft op de dagen die binnen de doorsnede met het herhalende interval vallen.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		
	{ herhalende tijdstippen per dag }
	{ herhalend interval } operator="A" 		
</effectiveTime>

Voorbeeld:

2x per dag om 08:00 en 18:00 gedurende 3 dagen, dan 1 dag niet

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="SXPR_TS">
		<comp xsi:type="PIVL_TS">
			<phase>
				<center value="200801310800"/>
    			</phase>
     		<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="I">
     			<phase>
      				<center value="200801311800"/>
     			</phase>
     			<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
    	<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     		<phase>
      			<low value="20080131"/>		Deze datum moet gelijk zijn aan
			<width value="3" unit="d"/>	die v/d herhalende momenten.
     		</phase>
     		<period value="4" unit="d"/>
    	</comp>
</effectiveTime>


GTS.Meervoudig intervalschema

Toepassing:

Het is ook mogelijk dat intervalschema’s zelf weer gecombineerd worden, om complexere patronen van dagen met en zonder medicatiegebruik te vormen. Dit kan gebeuren met alle eerder beschreven varianten van een intervalschema, hetgeen zelfs drie niveaus van nesting van het SXPR_TS data type op kan leveren.

Formaat:
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		
	{ intervalschema }
	{ intervalschema } [ operator="I" ]
	...						
</effectiveTime>

Voorbeeld:

3 dagen 1x daags om 14:00, dan een rustdag, dan 1 dag 2x daags om 08:00 en 18:00 dit alles elke 5 dagen herhalend

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">
	<comp xsi:type="SXPR_TS">
		<comp xsi:type="PIVL_TS">
     			<phase>
      				<center value="200801311400"/>
     			</phase>
     			<period value="1" unit="d"/>
    		</comp>
    		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     			<phase>
      				<low value="20080131"/>		
				<width value=”3” unit=”d”/>	
     			</phase>
     			<period value="5" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
	<comp xsi:type="SXPR_TS" operator="I">
		<comp xsi:type="SXPR_TS">
			<comp xsi:type="PIVL_TS">
     				<phase>
      					<center value="200802040800"/>
     				</phase>
     				<period value="1" unit="d"/>
    			</comp>
			<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="I">
     				<phase>
      					<center value="200802041800"/>
     				</phase>
     				<period value="1" unit="d"/>
    			</comp>
		</comp>
    		<comp xsi:type="PIVL_TS" operator="A">
     			<phase>
      				<low value="20080204"/>
				<width value=”1” unit=”d”/>
     			</phase>
     			<period value="5" unit="d"/>
    		</comp>
	</comp>
</effectiveTime>

Toelichting:

In bovenstaand voorbeeld wordt al duidelijk dat voor elk van de intervalschema’s geldt dat de <phase> geankerd wordt op de eerste dag van een periode waarop het gebruik betrekking heeft. Dus in bovenstaande situatie wordt de eerste periode (van telkens 3 dagen) geankerd op 31/1 en de derde periode (van telkens 1 dag) op 4/2. De rustdag wordt niet expliciet aangeduid, maar is een impliciet gevolg van het feit dat tussen de genoemde periodes een dag zonder gebruik zit. Merk op dat rustperiodes niet mogen worden aangeduid door expliciet een periode met een dosering van 0 op te nemen!


GTS.Combinaties van tijdsinterval en herhaalpatroon

Toepassing:

Vanzelfsprekend kunnen alle eerder genoemde herhaalpatronen (zowel enkelvoudig als gecombineerd) voorkomen in combinatie met een tijdsinterval voor de gebruiksperiode. In dat geval wordt één extra niveau van nesting toegevoegd, omdat altijd sprake is van doorsnijding van het gebruiksinterval. Dit betekent dan dat het betreffende patroon van toepassing is binnen het aangeduide gebruiksinterval (zoals bij de meeste voorschriften).

Formaat (voorbeelden):
<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">	gebruiksfrequentie met looptijd
	{ tijdsinterval }
	{ gebruiksfrequentie operator="A" }
</effectiveTime>

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">		intervalschema met looptijd
	{ tijdsinterval }
	{ intervalschema operator="A" }
</effectiveTime>

<effectiveTime xsi:type="SXPR_TS">	herhalende tijdstippen met looptijd
	{ tijdsinterval }
	{ herhalende tijdstippen operator="A" }
</effectiveTime>

Toelichting:

Als een tijdsinterval wordt gecombineerd met een herhaalpatroon, dan is de regel dat het tijdsinterval als eerste element moet voorkomen in de gecombineerde <effectiveTime>.